Inhoudsopgave:
Waar
komt het woord “vandalisme” vandaan? p.2
Waarom
worden de scholen eerst betrokken? P.2
Vandalisme:
waarom? P.3
Op
elk van deze drie voorwaarden gaan we even wat dieper in.
A.
Motieven van vandalisme p.4
1.
Spelvandalisme
2.
Prestige vandalisme
3.
Vandalisme uit verveling
4.
Vandalisme uit wraak
5.
Vandalisme uit hebzucht/ voor
materieel gewin
6.
Erosievandalisme
B.
Drempel p.5
C.
Mogelijkheid p.5
Er
kan en moet iets aan gedaan worden! Hoe wanneer en door wie?
Preventief p.6
Curatief p.7
1.
Je weet wie de vandaal is.
1.1. Hij meldt zich vrijwillig
aan.
1.1.1.
Per ongeluk p.7
1.1.2.
Opzettelijk p.7
1.2. Je hebt hem
betrapt
1.2.1. Hij bekent p.10
1.2.2. Hij liegt, hij wil niet
toegeven, schuift de schuld in iemand
anders schoenen. P.10
2. Je hebt geen enkel idee wie de
vandaal/vandalen is/zijn p.12
Wat kan er allemaal gedaan worden door de school/ de
leerkrachten. P.13
Bronnen p.14
Waar komt het woord
‘Vandalisme’ vandaan?
De
Vandalen waren een Germaanse bevolkingsgroep die leefde in de periode tot ± 60
na Chr. Ze stonden bekend als een woest en wild volk, dat strijdlustig was en
nergens rust kon vinden. Maar eigenlijk waren ze niet wreder dan andere
volkeren.
Het
woord “vandalisme”, dat vroeger niet bestond, is afgeleid van “vandaal”.
Vandalisme
kan gedefinieerd worden als het opzettelijk vernielen, beschadigen of
onbruikbaar maken van bepaalde voorwerpen. In de meeste culturen wordt dit gedrag
beschouwd als afwijkend van de norm. Toch zijn er bepaalde primitieve volkeren
waar bijvoorbeeld de huisraad van een overledene kapot wordt geslagen als
ritueelhandeling.
Waarom worden de scholen
eerst betrokken?
-
Scholen
zijn zelf het slachtoffer van Vandalisme.
-
De
school is meer dan een plaats voor loutere kennisoverdracht; ook de waarden en
normen van de maatschappij worden er bijgebracht.
Sociale vaardigheden en milieueducatie:
Ø
Leren
verwoorden wat er in je omgaat. Wanneer er problemen zijn erover durven en
willen spreken.
Ø
Beseffen
dat je fout zat en het durven toegeven.
Ø
Durven
opkomen voor je eigen mening.
Ø
Respect
hebben voor anderen en voor je omgeving.
-
De
leerkrachten kunnen:
Ø
De
aandacht vestigen op de omvang van het verschijnsel vandalisme, op de gevolgen
ervan en op het asociale van vandalistisch gedrag.
Ø
De
oorzaken van baldadig gedrag van de jongeren achterhalen en er op inspelen.
Algemeen
wordt gesteld dat er pas vernielingen zullen plaatsvinden, als aan 3 voorwaarden
werd voldaan.
A. Meestal moet er een motief zijn
om te vernielen. Dit is niet zo bij
bijvoorbeeld ‘spelvandalisme’.
B. De motivatie alleen houdt
echter nog niet in dat iemand daadwerkelijk tot vernieling zal overgaan: er kan
een (te hoge) rem zijn die hem daarvan weerhoudt. Dit kan zowel een interne als
een externe drempel zijn.
C. De mogelijkheid om te
vernielen moet aanwezig zijn; er moet een vernielbaar object voorhanden zijn.
Op elk van deze drie
voorwaarden gaan we even wat dieper in:
A. Soorten/Motieven van vandalisme:
Bv. Enkele leerlingen spelen
tikkertje op de speelplaats. Doordat iemand iets te hard wordt aangetikt, valt
hij/zij in het bloemenperkje. Alle bloemen zijn vernield. De leerling schrok en
excuseerde zich onmiddellijk.
Bv. Een groepje vrienden hangt rond
aan de toiletten. Opeens zegt er één: “Jongens, wie durft zijn naam in de deur
te krassen?” De anderen van de groep willen dit niet, maar om er toch ‘bij’te
horen, krassen ze hun naam in de deur.
Bv. Leerlingen staan in een groepje
te praten. Iemand verveelt zich en trekt
een tak
van de boom om toch maar iets om handen te
hebben.
Bv. Iemand heeft een nota in zijn
agenda gekregen en is hier niet mee akkoord. Om de leerkracht in kwestie een
lesje te leren (uit wraak dus), steekt hij de banden van die leerkracht zijn
wagen stuk.
Bv. Een leerling vernielt
opzettelijk. De drankautomaat van de school om het geld ervan te stelen.
Bv. Enkele jongens zijn aan het
voetballen in een achterhoekje op de speelplaats, in de buurt van de oude
schoolgebouwen. Zij trappen voortdurend ramen stuk. Aanvankelijk hielden ze
hier rekening mee en probeerden ze voorzichtig te zijn. Maar omdat er toch
niets aan gedaan werd - de ramen werden niet hersteld – trokken ze zich hier na
verloop van tijd niets meer van aan.
Bovenstaande
indeling moet natuurlijk genuanceerd worden, vermits in de praktijk nogal wat
overlappingen voorkomen.
Zo
zullen spel- en prestige-vandalisme soms moeilijk van elkaar te onderscheiden
zijn.
Wel
geeft de indeling duidelijk weer dat vandalisme meestal geen zinloos gedrag is
(wat nog niet wil zeggen dat het zinvol is), hoewel het voor buitenstaanders
als dusdanig overkomt.
Een
efficiënte aanpak van het vandalisme in een specifieke situatie vereist dan ook
telkens een voorafgaande vraagstelling: wie vernielt en waarom?
In
sommige gevallen van Vandalisme kan een betere beveiliging de vernieling helpen
voorkomen.
B.
Drempel
De
redenen om te vernielen worden a.h.w. op voorhand afgewogen tegen de drempels,
de redenen om niet te vernielen.
Er zijn
twee drempels die de betrokkenen moeten overschrijden vooraleer hij tot
vandalisme zal overgaan, nl. de eigen norm dat vandalisme niet hoort (interne
drempel) en de angst voor negatieve sancties (externe drempel).
Door ‘peer-pressure’
kan het zijn dat
leerlingen worden aangezet tot vandalisme, zonder dat ze deze drempels echt
overschrijden.
C.
Mogelijkheid
De
aanwezigheid van een vernielbaar object is de laatste voorwaarde waaraan
voldaan moet zijn, alvorens een vernieling zal plaatsvinden. Natuurlijk speelt
hier ook wel de tegendruk van de aanwezigheid van een tegenwerkende instantie:
-
de
aanwezigheid van een bevoegd persoon: leerkracht, directeur, personeelslid,…
-
camerabewaking
-
enz…
Er kan en moet iets aan
gedaan worden! Hoe wanneer en door wie?
Preventief
De klassenleerkracht
leest samen met de leerlingen aan het begin van het schooljaar het
schoolcontract /vademecum door. (bewustmaking)
Elke
leerkracht geeft zelf steeds het goede voorbeeld: draagt zorg voor het
materiaal, infrastructuur, …
Elke
leerkracht zorgt voor een nette klas en een nette school: sorteren, banken en
stoelen recht zetten, bord met nat poetsen, ramen sluiten, lichten doven… Want
een nette omgeving nodigt minder snel uit tot vandalisme (zie
erosie-vandalisme)
De
leerlingen zelf de klas laten inrichten, mee laten beslissen over de
schoolinfrastructuur, … zodat ze meer respect krijgen voor hun omgeving. (zie
erosievandalisme)
Zorg
ervoor dat er interessante activiteiten worden aangeboden tijdens pauze’s.
Bijvoorbeeld een partijtje basketbal, volleybal, … tijdens de middagpauze.
Wedstrijden
of klassencompetities tijdens de middagpauze.
Eventueel
een binnenruimte waar leerlingen iets kunnen lezen, een spelletje spelen, …
(zie vandalisme uit verveling)
Zorg
voor vertrouwenspersonen / vertrouwensleerkrachten op de school. Zo kunnen
leerlingen die zich onterecht behandeld voelen ergens terecht met hun verhaal.
Zo kan je eventueel wraak of frustratie voorkomen. (zie vandalisme uit wraak)
à Kijk ook eens op de website
over verbondenheid, hier vind je interessante
informatie rond hoe je preventief te werk kan gaan:
http://www.verbondenheid.be
Curatief
1.
Je weet wie de vandaal is.
1.1
Hij meldt zich vrijwillig aan.
Verkennend en motiverend gesprek met een
vertrouwenspersoon:
CONCREET:
De klassenleerkracht wordt ingelicht en
voert een gesprek met de leerling in kwestie.
Ze vraagt naar het hoe en het waarom (motief)
van het gebeuren.
1.1.1
Per ongeluk
Spelvandalisme
à
Schade wordt opgemeten, kosten worden beraamd door verantwoordelijke.
à
Geen verdere sancties voor de leerling. Eventueel waarschuwing om in het
vervolg voorzichtiger te zijn.
à
Ouders worden telefonisch ingelicht door de klassenleerkracht.
à
Kosten worden betaald door ouders of leerling.
1.1.2
Opzettelijk
à
Het motief wordt achterhaald. Afhankelijk van het motief worden er stappen
ondernomen.
Prestige vandalisme
à
De klassenleerkracht achterhaalt wie dit alles in gang heeft gezet.
à De klassenleerkracht voert een
individueel gesprek met de betrokken partijen. (indien er meerdere klassen bij
betrokken zijn, komen de klassenleerkrachten nadien samen om tot een eenduidig
beeld te komen)
à
Er komt een groepsgesprek met de betrokken partijen (eventueel een
klasgesprek).
Zorg er voor dat je vooral inspeelt op de
normen en waarden van de leerlingen (speel
op hun plichtsbesef).
à
Er worden straffen gegeven al naargelang de bijdrage in het vernielen:
à
Eerst en vooral krijgt ieder van hen, indien mogelijk, een alternatieve straf
die eruit bestaat om de schade te
herstellen. (Bv. bij schrijven op deuren,
banken, etc…).
à
Indien er sprake is van ernstige schade met hoge kosten tot gevolg, dienen
deze kosten betaald te worden door de
ouders of door de leerlingen.
à
Ouders worden telefonisch ingelicht door de klassenleerkracht.
à
Bij zeer ernstige voorvallen wordt de directie verwittigd, die op haar beurt al
dan niet de politie inschakelt. (Dit
bijvoorbeeld wanneer er in de school brand
gesticht wordt, ingebroken wordt,
brandblusapparaten worden
leeggespoten,…)
Leerkracht
pleit mee voor strafvermindering van degene die zijn vandalisme gemeld heeft.
Vandalisme uit verveling
à Leerkracht voert een
remediërend gesprek met de leerling: Vandalisme is fout, dit kan niet! Ik denk
dat je dit zelf ook al weet, anders kwam je het mij niet vertellen. Ik vind dit
heel positief van jou dat je hiervoor uitkomt. Je begrijpt waarschijnlijk ook dat
de schade hersteld zal moeten worden.
à De leerling in kwestie krijgt
een alternatieve straf die eruit bestaat om de schade te herstellen. (Bv. bij
schrijven op deuren, banken, etc…).
à
Indien er sprake is van ernstige schade met hoge kosten tot gevolg, dienen
deze kosten betaald te worden door de ouders of door de
leerlingen.
à
Ouders worden telefonisch ingelicht door de klassenleerkracht.
à
Bij zeer ernstige voorvallen wordt de directie verwittigd, die op haar beurt al
dan niet de politie inschakelt. (Dit
bijvoorbeeld wanneer er in de school brand
gesticht wordt, ingebroken wordt, brandblusapparaten
worden
leeggespoten,…)
Klassenleerkracht
pleit mee voor strafvermindering omdat de leerling eerlijk is geweest.
Vandalisme uit wraak
à Leerkracht voert een
remediërend gesprek met de leerling: Vandalisme is fout, dit kan niet! Ik denk
dat je dit zelf ook al weet, anders kwam je het mij niet vertellen. Ik vind dit
heel positief van jou dat je hiervoor uitkomt. Je begrijpt waarschijnlijk ook dat
de schade hersteld zal moeten worden.
à De leerling in kwestie krijgt
een alternatieve straf die eruit bestaat om de schade te herstellen. (Bv. bij
het stukmaken van een boekentas van een leerkracht…).
à Indien er sprake is van
ernstige schade met hoge kosten tot gevolg, dienen deze kosten betaald te
worden door de ouders of door de leerlingen.
à
Ouders worden telefonisch ingelicht door de klassenleerkracht.
à Bij zeer ernstige voorvallen
wordt de directie gewaarschuwd, die op haar beurt al dan niet de politie
inschakelt. (Dit bijvoorbeeld wanneer een wagen van een personeelslid wordt
vernield,…)
à De leerling kan eventueel
worden doorverwezen voor een gesprek naar de klassenleerkracht, of het CLB. Er
kan eventueel een gesprek worden geregeld met de persoon waartegen de leerling
de wraakgevoelens koestert.
Klassenleerkracht
pleit mee voor strafvermindering omdat de leerling eerlijk is geweest.
Vandalisme uit hebzucht / voor materieel
gewin
à Leerkracht voert een
remediërend gesprek met de leerling: Vandalisme is fout, dit kan niet! Ik denk
dat je dit zelf ook al weet, anders kwam je het mij niet vertellen. Ik vind dit
heel positief van jou dat je hiervoor uitkomt. Je begrijpt waarschijnlijk toch
dat de schade hersteld zal moeten worden.
à Leerkracht probeert bij de
leerling te achterhalen hoe het komt dat hij geld of dergelijke nodig had.
Eventueel worden verdere instanties ingeschakeld door de klassenleerkracht.
(CLB, CLG, OCMW,…)
à De leerling in kwestie krijgt
een alternatieve straf die eruit bestaat om de schade te herstellen. (Bv. Bij
stelen van materiaal van klasgenootjes, klein geld van de leerkracht, etc…).
à Indien er sprake is van
ernstige schade met hoge kosten tot gevolg, dienen deze kosten betaald te
worden door de ouders of door de leerlingen.
à
Ouders worden telefonisch ingelicht door de klassenleerkracht.
à Bij zeer ernstige voorvallen
wordt de directie verwittigd, die op haar beurt al dan niet de politie
inschakelt. (Dit bijvoorbeeld wanneer er in de school werd ingebroken om
bijvoorbeeld computers te stelen, geld uit een bureau te stelen,…)
Klassenleerkracht
pleit mee voor strafvermindering omdat de leerling eerlijk is geweest.
Erosievandalisme
à Leerkracht voert een
remediërend gesprek met de leerling: Vandalisme is fout, dit kan niet! Ik denk
dat je dit zelf ook al weet, anders kwam je het mij niet vertellen. Ik vind dit
heel positief van jou dat je hiervoor uitkomt. Je begrijpt waarschijnlijk toch
dat de schade hersteld zal moeten worden.
à De leerling in kwestie krijgt
een alternatieve straf die eruit bestaat om de schade te herstellen + het
verfraaien van het object in kwestie, zodat dit object geen verder vandalisme
uitlokt. Dit wel in de mate van het mogelijke en onder begeleiding van een
klusjesman! Indien de leerlingen niet in staat zijn / niet bevoegd zijn om dit
te doen, vervult de klusjesman die taak zo snel mogelijk in de mate van het
mogelijke. (Bv. Wanneer er een raam wordt stuk geschopt met een bal omdat het
toch om een vervallen gebouw gaat, gaat de klusjesmand dit raam herstellen,
maar gaat de leerling in kwestie helpen bij het verfraaien van dit gebouw. Bv.
schilderen,etc…). Dit kan ook in groep worden aangepakt, bijvoorbeeld
leerlingen zelf aan het begin van het schooljaar hun klas laten schilderen..
à Indien er sprake is van
ernstige schade met hoge kosten tot gevolg, dienen deze kosten betaald te
worden door de ouders of door de leerlingen.
à
Ouders worden telefonisch ingelicht door de klassenleerkracht.
à Bij zeer ernstige voorvallen
wordt de directie verwittigd, die op haar beurt al dan niet de politie
inschakelt. (Dit bijvoorbeeld wanneer er brand wordt gesticht,…)
Klassenleerkracht
pleit mee voor strafvermindering omdat de leerling eerlijk is geweest.
1.2
Je hebt hem betrapt.
1.2.1 hij bekent: zie 1a
1.2.2
hij liegt, wil niet toegeven, schuift de schuld in iemand anders
zijn schoenen… :
De klassenleerkracht geeft hem de nogmaals
de kans om zijn schuld te bekennen. Hij/zij wijst de leerling erop dat er
anders een gesprek met de directie zal volgen en dat de straf zwaarder zal
zijn. Je maakt hem/haar ook duidelijk dat je het gezien hebt.
à De leerling bekent alsnog à zie 1a
à De leerling blijft liegen:
à
Indien de leerling nog steeds niet reageert, meld je dit bij de directie.
De directie neemt contact op met de ouders.
De ouders moeten met de leerling naar school komen voor een onderhoud met de
directie en de klassenleerkracht.
In samenspraak met ouders en directie wordt
een alternatieve straf besproken.
à Indien er sprake is van
ernstige schade met hoge kosten tot gevolg, dienen deze kosten betaald te
worden door de ouders of door de leerlingen.
à
Bij zeer ernstige voorvallen schakelt de directie de politie in.
(Dit bijvoorbeeld wanneer er in de school
brand gesticht wordt, ingebroken wordt,
brandblusapparaten worden leeggespoten,…)
à Welke hulp krijgt het
slachtoffer:
à De leerling kan eventueel
worden doorverwezen voor een gesprek naar de klassenleerkracht, of het CLB. Er
kan een gesprek worden geregeld met de persoon waartegen de leerling de
wraakgevoelens koestert. Dit met de hoop dat alles kan worden uitgepraat en dat
de leerling zijn dieper liggende gevoelens kwijt kan.
Het zinvol zijn dat hier een tussenpersoon
bij zit, om het gesprek in goede banen te leiden en om objectief op te treden.
Wanneer de leerling dit niet wil, is het
toch belangrijk ervoor te zorgen dat hij zijn hart kan luchten bij een
vertrouwenspersoon.
à Wat gebeurt er wanneer de
leerling dit gedrag blijft vertonen:
à Bij herhaling van dit gedrag is
de leerling verplicht om een gesprek te voeren met een vertrouwensleerkracht of
iemand van het CLB.
Wat wordt er besproken?
-
Waarom
heb je dit (opnieuw) gedaan?
-
Kan
iemand jou helpen om dit soort gedrag te voorkomen?
-
Stappenplan
opstellen samen met en voor de leerling.
-
Bij
blijvende herhaling kan de leerling worden geschorst.
2 Je
hebt geen enkel idee wie de vandaal/vandalen is/zijn.
à Camerabewaking op plaatsen waar
vandalisme uit de hand loopt.
à Voorstel om leerlingen te
sensibiliseren via een project. (voorbeeld zie:
“Leefsleutels in Actie plus: Project Vandalisme”, Wolters-Plantyn)
Wat kan er allemaal gedaan worden door de school
en door de leerkrachten?
ALGEMEEN:
à Aandacht hebben voor de
problematiek tijdens:
Ø
Geïntegreerd
in de bestaande lessen
Ø
Een
lessenreeks
Ø
Belangstellingspunten
Ø
Thema
behandelingen
Ø
Projecten
Ø
Geïntegreerde
werkperioden of andere werkvormen
CONCREET:
Voorbeelden
zie bijlagen:
à Een vernieuwde versie is te vinden
in het ‘Project Vandalisme’ uit Leefsleutels in Actie plus
Bronnen:
·
“Leefsleutels
in Actie plus: Project Vandalisme”, Wolters-Plantyn, Tweede, herziene druk,
september 2001
·
“Vandalenwerk,
… niets voor mij!”: Provinciale campagne ter voorkoming en bestrijding van
vandalisme, Dienst jeugdvorming
·
Vandalisme:
werkmap voor het 1e leerjaar B en het 2e jaar
beroepssecundair onderwijs, Provinciebestuur Antwerpen, gerealiseerd door
Centrum voor didactiek –UFSIA
·
‘Vandalisme’,
Scriptie gepresenteerd in 1978 aan de School voor Criminologie van de
Rijksuniversiteit Gent, BERTELOOT J.- C.
·
Vernielingen
van goederen aan de gemeenschap toebehorend, Gent (RUG), 1975, CLUSTERS L.
·
Vandalisme?,
Amsterdam, 1979, J.A.N. (werkgroep)
·
Vandalisme.
Iets weten over vandalisme en wat er tegen te doen, Landelijk Bureau Voorkoming
Misdrijven, ’s-Gravenhage, 1982, VAN DIJK B. en VAN SOOMEREN
·
Criminaliteit
en vrijetijdsbesteding, Nederlands Tijdschrift voor Criminologie, 1973,
BUIKHUIZEN W. en JONGMAN R.W.
·
De
ene vandaal is de andere niet, Jeugd en Samenleving, juni 1985, HAUBER A.R.
·
Oorzaken
van vandalisme, Jeugd en Samenleving, juni 1985, JUNGER-TAS J.
·
Vandalisme,
wat valt er tegen te doen?, De Europese Gemeente, maart 1985, VAN LIESHOUT M.
·
Gerichte
aanpak vandalisme, nuttig en effectief, Algemeen Politieblad, jaargang 130, nr.
20, oktober 1981, VERHEIJEN J.C.A.
·
http://www.law.kuleuven.be/PCW/visie.html
·
http://www.verbondenheid.be